zondag 31 augustus 2014

Inhoud Islam

Islam betekent overgave aan Allah. Wie zich overgeeft aan Allah is een moslim. Een moslim getuigt dat er geen god is die aanbeden mag worden dan Allah en dat de profeet Mohammed Zijn laatste boodschapper is.
De islamlessen bestaan uit verschillende onderdelen: geloofsleer, aanbidding, het leven van de profeet Mohammed, Koran, zedelijkheid en godsdienst en cultuur.
-In de lessen geloofsleer, leren we Allah beter kennen, Zijn Schepping, Zijn profeten en Boeken, enz.
-Hoe en waar we Allah aanbidden leren we in de lessen aanbidding, maar ook hoe en waar anderen bidden.
-De profeet Mohammed is een groot voorbeeld voor ons, dus moeten we weten hoe hij leefde en wie zijn familie was. Dan kunnen we beter vergelijken hoe ons gedrag is en hoe wij omgaan met onze familie en omgeving.
-In de Koranlessen is het niet de bedoeling veel Koranverzen te memoriseren, maar dat we leren wat er in de Koran staat, wat de hoofdstukken betekenen die we uit het hoofd zouden moeten kennen en hoe moslims volgens de Koran leven.
-Zedelijkheid is in elke levensbeschouwing heel belangrijk. Hoe we met elkaar omgaan, familiebanden, ziekenbezoek, armen en mensen in nood. Maar ook over onze speciale dagen.

Godsdienst en cultuur is onze relatie met andere godsdiensten, omgeving, het milieu. Deze lessen worden deels samen met de andere levensbeschouwelijke vakken gegeven (zoals bv “de berenklas”).


De islam les heeft vooral als doel, de leerlingen op een speelse en creatieve manier liefde voor hun godsdienst in te planten, een warm hart voor hun profeet en nieuwsgierigheid om meer te leren over de islam in relatie tot de wereld.

Inhoud Rooms-katholieke godsdienst

In de godsdienstlessen gebruiken we vaak Bijbelverhalen zowel uit het Oude als uit het Nieuwe Testament, als vertrekbasis voor een les. 

Hierbij komen verschillende religieuze- maar ook  maatschappelijke- en levensthema’s aan bod: 
- Jezus en zijn vrienden
- geloven in God, wat is dat?
- geboorte en groei
- vergeving en verzoening
- ik en de ander
- armoede
- natuur en cultuur
- profeten
- het kerkelijk jaar
- de Bijbel

Bij ieder thema vertrekken we uit onze eigen godsdienst maar we gaan verder dan dit. We maken toneeltjes, werken in ons werkschrift en voeren kringgesprekken om zo ook stil te staan hoe mensen uit een ander geloof over bepaalde thema’s denken, … 

De godsdienstlessen zijn er om de leerlingen op een leerrijke maar speelse manier kennis te leren maken met het christendom en de nieuwsgierigheid aan te wakkeren naar andere geloofsovertuigingen of culturen.

Inhoud niet-confessionele zedenleer

In de lessen niet confessionele zedenleer zetten we de kinderen ertoe aan vrij en zelfstandig 
te denken en te handelen.
De lessen zijn een ontdekkingstocht naar zichzelf, de anderen en de wereld om ons heen.
De kinderen leren er:
       - zichzelf beter kennen maar ook wat andere mensen denken en doen, en waarom
       - nadenken over hoe ze willen leven
       - waarom ze iets doen of juist niet
       - hoe ze op een fijne manier met iedereen kunnen omgaan en samenleven.
Dit alles gebeurt op een vrijzinnig-humanistische basis, d.w.z. via vrij onderzoek, zonder enige vorm van godsdienst, of van een geloof in een god, en door de mens centraal te stellen.

Werkmethodes
Aan de hand van concrete situaties of verhalen die aansluiten bij de leefwereld van het kind, kunnen ze zich inleven in de gedachten en gevoelens van anderen. Ze leren ook hun eigen gevoelens en gedachten onderzoeken. Via allerlei gespreksvormen leren ze dat niet iedereen dezelfde mening heeft, leren ze de mening en argumenten van anderen kennen en leren ze vrij en zelfstandig denken. Met behulp van diverse werk- en spelvormen leren ze zich zowel verbaal als niet-verbaal uit te drukken en leren ze handelen volgens hun eigen inzichten. In een schrift verzamelen we de verwerking per thema. We doen echter heel wat meer dan de loutere weergave op papier.

Evaluatie
Hoewel de lessen zedenleer zeker en vast een bron van kennis zijn, focust het rapport zich vooral op de groei van uw kind in sociale vaardigheden, maatschappelijk aanvaardde attituden, het kritisch denken, medewerking en inzet in de lessen zedenleer.